Varanasi, wat een bijzondere plek!
Door: Webmaster
Blijf op de hoogte en volg Miriam
25 December 2007 | India, New Delhi
Aangekomen in Varanasi, was het hotel vergeleken met het vorige.. ehm... eenvoudig om het zo maar te zeggen. Eigenlijk was het gewoon een beetje viezig en armoedig, zeker het restaurant en bijbehorende toilet waren niet echt prettige verblijfplaatsen maargoed. Gelukkig zijn we ondertussen wel wat gewend. Na wat gegeten te hebben in het hotel zijn we nog even in de bar gaan zitten. Ook dat was een vreemd hol, de jongens achter de bar werden bloednerveus van zoveel mensen en deden trots de 'sfeerverlichting' aan.. maakte het er allemaal niet beter op, dus we zijn naar bed gegaan, moesten de volgende ochtend om 6 uur klaarstaan voor een boottocht over de Ganges.
En zo blij dat we dat gedaan hadden.. wat een geweldige stad is Varanasi! Varanasi is de heiligste stad van India, de stad van Shiva, een van de goden. Het leven in de stad speelt zich grotendeels af langs de ghats, de trappen langs het water van de heilige rivier de Ganges. Er zijn zo'n 90 verschillende ghats, ze hebben allemaal een naam en een functie. Veel tempels zijn achter de ghats te vinden en mensen voeren er dagelijks hun rituelen uit. Mensen komen 's morgens vroeg naar de Ganges om zich te wassen, tanden te poetsen, om te bidden, te mediteren, kleding te wassen etc. De river schijnt overwoekerd te zijn met bacterieen, ik geloof 10 miljoen keer meer dan eigenlijk gezond is voor een mens. Toch gelooft de bevolking heilig in de reinigende werking, niemand wordt ziek van het dagelijkse ritueel van wassen, drinken etc, dus kan je nagaan hoe heilig de rivier is, zo denken zij. Er schijnen ook nog dolfijnen in te zwemmen en echt waar: we zagen heel wat ijsvogeltjes een snelle duik maken in het water.
Overal langs de river kun je kleine bakjes kopen, gevuld met bloemen en een kaars om te offeren aan mother Ganga. Een heel mooi gezicht, al die drijvende kaarsjes op het water. Terwijl we in de boot zaten, kwam de zon langzaam op en de stad kwam tot leven. Steeds meer mensen kwamen hun ritueel uitvoeren en lieten zich niet afleiden door ons nieuwsgierige toeristen.
De vreemdste plek was de Manikarnika ghat. Dit is een van de twee crematie-ghats van de stad. Voor hindoes is sterven in Varanasi een feest, dit zou namelijk onmiddelijke verlichting brengen en mensen verlossen van de cyclus van geboorte en dood. Volgens hen fluistert Shiva in het oor van de dode als ze sterven in Varanasi. Daarom komen veel oude mensen en zieken naar Varanasi om er hun laatste adem uit te blazen. Verbrand worden op de ghat is duur en gaat gepaard met veel rituelen. We werden er heel dichtbij gevaren om alles te kunnen bekijken, ontzettend vreemd en luguber, maar toch ook wel mooi als je eenmaal aan het idee gewend bent. Gelukkig bleven we niet te lang voor de ghat drijven, want het voelde heel gek om daar te zijn.
Hierna gingen we ontbijten en kregen we een stadstoer. Varanasi heeft heel veel kleine steegjes en straatjes, nog meer dan in de rest van India. Er rijdt in de straten achter de ghats bijna geen verkeer, echt een verademing. Wel lopen er echt honderden koeien die constant in de weg staan. We kijken er al bijna niet meer van op, maar lastig is het soms wel! In de stad zijn ook veel heilige mannen, sadhu's. Moeilijk uit te leggen, maar de hele stad ademt iets heel bijzonders uit, veel mensen zijn vriendelijk en zelfs de kindertjes die van alles kwamen slijten, waren in voor een geintje. Er zijn heel veel bedelaars en zieke, zwakke en verminkte mensen in de stad, maar toch voelde alles heel sereen en rustig. Naja, niet uit te leggen dus, dat is echt iets wat je moet beleven. Met de stadstoer zijn we weer bij de crematieghat geweest, we kregen uitleg van een meneer die daar werkt. Nu stonden we dus wel heel dichtbij, de rookwolken kwamen je tegemoet, gek genoeg rook het naar gebakken kip, maar alleen het idee al dat het mensen waren die daar verbrand werden... ik voelde me echt even niet goed worden.
Na een tijdje heb ik voorzichtig over de rand gekeken, er lagen heel wat lichamen. Overledenen worden eerst nog een keer gedompeld in de Ganges, hun laatste bad. Dan worden ze te drogen gelegd en wordt het doek van hun gezicht gehaald. De oudste zoon helpt met het op de brandstapel leggen, er mogen trouwens helemaal geen vrouwen bij de crematie zijn, want die zijn te emotioneel en verstoren het ritueel. De oudste zoon breekt een kruik als teken dat de relatie verbroken is en het schijnt dat ze ook de schedel van de overledene inslaan om de ziel te bevrijden, gelukkig heb ik dat niet gezien. Er worden ongeveer 400 mensen per dag gecremeerd, dat gaat 24 uur per dag door, soms liggen er wel 20 tegelijk op allerlei brandstapeltjes. Wat een bizarre ervaring.. Iedereen was heel erg onder de indruk van alles, van de hele stad en de sfeer.
Om zes uur zijn we naar een ceremonie geweest op de hoofdghat, dit was prachtig! Moeilijk uit te leggen weer, maar ze staken vuren aan, er was heel veel muziek met belgerinkel en er werden allerlei rituelen uitgevoerd. Ze doen dit elke avond en het duurt ongeveer een uur. Na een tijdje begon het te regenen, de eerste regen in India, het was net of het erbij hoorde.
De volgende ochtend zouden we eigenlijk naar Sarnath gaan, de plek waar Boeddha zijn eerste belangrijke preek hield nadat hij verlichting had bereikt. We vonden Varanasi echter zo bijzonder, dat we besloten er te blijven. Zijn eerst lekker gaan ontbijten bij de German Bakery, eindelijk echte kaas, lekker!! En lekkere koffie! Daarna hebben we nog door de stad gedwaald en gekeken naar alles wat zich afspeelde. Om twee uur moesten we terug naar het hotel voor de treinreis van een uur of 13 richting Delhi.
-
26 December 2007 - 22:41
Willem B.....:
H O L I S M O K E !
Eerst die witte rat en nu weer die eerste regen, die de atmosfeer zuivert.
Je bent wel een bijzondere ziel!
Goed dat je niet naat Sarnath bent gegaan. Wat je gezien hebt in de gath vindt zijn oorsprong in één van de religieuze boeken van het Hindoeïsme.
De BHAGAVAD GITA zegt in hoofdstuk 2 (het hoofdstuk over de hoogste kennis) :
Sloka (=vers) 22
vaasaamsi jirnati yatha vihaaya
navaani grihnaati naro paraani
thathaa sareeraani vihaaya jeernaa
nanyaani samyaati navaani dehee
Zoals een mens nieuwe kleren aantrekt en oude weggooit, zo ontdoet de ziel zich van versleten lichamen en verschaft zij zich nieuwe
Sloka 23
Nainam chitndanti sastraani
nainam dahati paavakaha
na chainam kledayanti aapo
na soshayati maarutaha
Wapens kunnen de Ziel niet deren, vuur kan de ziel niet verbranden, water kan het niet natmaken en evenmin kan het door de wind gedroogd worden
Sloka 24
acchedyo yam asaahyou yam
akledyo soshya eva cha
nityah sarva gatah sthaanur
achelo yam sanaatanaha
De ziel kan niet worden doorpoord of verwond door wapens, niet worden verbrand, nat gemaakt, of gedroogd. Het is eeuwig, eeuwigdurend en staat op onbewegelijke fundamenten van de eeuwigheid
Sloka 25
Avyakto yam achintyo yam
Avikaaryo yam uchyate
Tasmaad evam viditvainam
naanusochitum arhasi
Men zegt dat de ziel onzichtbaar, onbegrijpelijk en onveranderlijk is. Hij die dit begrijpt heeft geen reden tot treuren.
***Om Shanti***
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley